Stelvio
Al jaren koester ik de wens om eens een echte Alpencol te rijden. Maar ja, wat is echt? In 2011 reed ik 170km van Luik-Bastenaken, met een totale klim van 2700 m nog steeds mijn absolute record. Maar dit was een aaneenschakeling van forse heuvels, dus dat telt niet. Net als Limburgs mooiste, met 160km/2500 meters. De Alpe di Neggia (2017) bij het Lago Maggiore met 1360 hoogtemeters komt daarentegen wel op een echte almweide uit. En de Mont Ventoux, vanuit Sault; mooier dan vanuit Bedoin, wel wat lichter, maar ook weer 1500 hoogtemeters . De Grand Ballon (2021, 1050 hm) en ook de Passo Mendola (2019, 1700 hm voor het hele rondje). Allemaal bijzonder mooie routes, waar ik met veel plezier op terugkijk. Maar de echt zware cols ontbraken nog steeds. Of wil ik steeds meer?
Voortraject
In 2019 organiseerde ik een inzamelingsactie als onderdeel van de Alpe d’Huez sponsorrit, die in 2020 gepland stond met het Mammoet cycle team. Eindelijk een echte Alpencol! Helaas werd de rit door Covid in 2020 uitgesteld, en daarna opnieuw uitgesteld in 2021. Vervolgens begon ik aan een nieuwe opdracht, waardoor de rit, de echte Alpencol, uiteindelijk uit beeld verdween.
Ondertussen had ik echter al een mooi bedrag opgehaald voor het Erasmus onderzoek naar kanker, maar ik had nog geen tegenprestatie geleverd. Dat voelde niet goed.
Voorjaar 2024
Dit voorjaar begon met de bekende voorbereidingen voor de voorjaarsklassiekers. Na de kerstperiode op dieet en hard trainen. Ik besloot daarnaast om weer te gaan freelancen, met een korte sabbatical, dus voldoende tijd om te fietsen! Deelname aan de officiële voorjaarskoersen is helaas niet gelukt, maar met een GPS kun je de routes natuurlijk ook alleen of met zijn 2-en rijden, dus toch een Joop Zoetemelk gereden, de Hel van de Heuvelrug, en de oude Jan Janssen Classic.
In juni weer de traditionele fietsvakantie met Günter, dit jaar naar de Alpen, Vorarlberg, met een aantal mooie etappes langs de Bregenzer Ach en de Bodensee. De beklimming van het Faschinajoch (700 hoogtemeters) smaakte naar meer en het voornemen om de Stelvio te beklimmen begon steeds vastere vorm te krijgen.
Meer trainen
De Fondo App, de trainingsapp van de KNWU, had een mooi 8-weken trainingsprogramma, gericht op de Galibier beklimming op 7 september. Met een weekje schuiven paste dit perfect met mijn planning. En ik moet zeggen dat zo’n app ook disciplineert. De start van het programma gaat al uit van een stevige basisconditie, anders red je het niet in 8 weken.
Op 31 augustus is de bergpas afgesloten voor alle verkeer behalve fietsers, en ik besloot om hier een hele week voor uit te trekken. Deels om te wennen op 1500m hoogte, deels ook omdat ik geen medestanders vond, en derhalve de 1000km naar Italië alleen moest rijden. Een paar dagen om te acclimatiseren leken mij dan niet verkeerd. Ook zou ik hiermee speling hebben mocht de weersvoorspelling voor de zaterdag tegenvallen. Stilletjes hoopte ik dat een van mijn fietsmaten mee zou gaan, maar een week van huis blijkt toch een brug te ver.
De rit
Na een paar dagen in Reschen begon het te kriebelen. De Stelvio was vlakbij, het weer was goed. Waarom wachten tot zaterdag? En dus besloot ik om op woensdag de rit te doen; de weersvoorspelling veranderde dagelijks, zaterdag zou het gaan onweren, de woensdag zag er fraai uit. Wel koud, 11 graden rond de middag op de top, maar wat verwacht je op 2700 meter hoogte.
De aanloop
Na een half uur autorijden naar Prad zat ik rond 8:30 op de fiets. Frisjes, maar niet echt koud, 14 graden. Direct buiten Prad begint de klim, eerst geleidelijk. Het was nog heerlijk rustig, het enige lawaai kwam van de wild ruisende rivier naast de weg. Dit voelde goed, maar ik wist, dat ik deze 5% klim moest koesteren, de rest van de rit zou 8% of meer worden. Onderweg zie ik een aantal borden die waarschuwen voor de afsluiting van de pas komende zaterdag.
Voorbij de splitsing naar Sulden pak ik de eerste haarspeld, nummer 48. Vanaf hier begint het aftellen, en om het behapbaar te maken heb ik voor mezelf iedere 12 haarspelden een korte snackpauze ingepland. Mijn ademhaling en hartslag stabiliseren, en ik kan vrij precies aan mijn hartslag zien hoe steil het is (uiteraard met hulp van mij Garmin). 8% 138, 9% 142, 10% 145. Waarbij ik voortdurend mijn snelheid aanpas.
Pauzes ...
Het is inmiddels best wel druk geworden, en de vele motoren beginnen langzaam te irriteren. Wat een herrie af en toe! Ik begin de auto/motorvrije klim op de zaterdag te begrijpen. Het is behoorlijk zonnig, en dus warm!
Onderweg pak ik mijn pauzes, een aantal keren denk ik dat ik dit nooit ga halen. Wat is dit zwaar! Ik heb natuurlijk al meerdere cols gereden, maar die houden altijd na een tijdje op. Zo niet de Stelvio, als je op 900 meter start en blij bent dat je bij de “Weisser Knot” bent op 1875 meter, dan ben je pas halverwege. Vervolgens begint het stuk naar het hotel de Franzenshöhe op 2188m, dit is het steilste stuk van de rit. Ik betwijfel of dit ook het zwaarste stuk is, want daarna volgen nog 600 hoogtemeters in zeer ijle lucht.
Maar de pauzes zijn ook de foto momentjes, tijdens het uitpuffen kan ik ook even genieten van het waanzinnige landschap.
... en pauzes
Bij de Franzenshöhe pak ik een cola, de finish is in zicht. Letterlijk, en eigenlijk lijkt het niet meer zo ver. Maar toch nog 600 hoogtemeters, een derde van de hele klim, 21 haarspelden. En weer door. Mijn hartslag/steilheid ratio klopt niet meer, bij 10% vliegt de hartslag omhoog naar 150 of meer.
Na haarspeld 15 volgt een eindeloos stuk naar de volgende bocht, ik kijk uit naar de volgende draai, op het vlakke stuk na de draai kun je even op adem komen. Als ik na een aantal haarspelden weer even afstap, wordt een aantal wielrenners in de bocht afgesneden door een luid toeterende automobilist. Die had blijkbaar haast.
Voor iedere binnenbocht gaan alle fietsers naar het midden van de weg, want langs het randje is gewoon veel te steil. En iedere buitenbocht zo ruim mogelijk, dan is het even bijna vlak. De meeste automobilisten begrijpen dit gelukkig wél.
De top
Bij een van de laatste bochten zit een fotograaf. Ik zwaai, hopelijk met een glimlach. Maar de fotograaf kijkt alweer naar de volgende fietser.
En dan ben je ineens boven. Een drukte van jewelste, honderden motoren, fietsers, snelle sportauto’s, dagjesmensen. Bradwurstkramen, pizza, souvenirshops. Een grote kermis!
Ik rijd nog wat verder omhoog (de top van de berg ligt op 3400 meter, maar de pas gaat tot 2760 meter) en verkleed mij in een stil hoekje; droog thermoshirt aan (wat is het koud hier, 11 graden; en ja, de kleding is kletsnat van het zweet), en de regenjas erover. Bij het hoogtebordje van de Stelvio pas vragen fietsers aan mekaar om een foto, ik sluit me aan. (Verrassend hoeveel mensen dit alleen doen!).
Dan ga ik even zitten bij een pizzatent, en klok een halve liter cola weg. De zon verdwijnt langzaam achter steeds meer wolken.
De afdaling
En dan weer naar beneden. Zonder het te realiseren ben ik behoorlijk afgekoeld, en de eerste paar kilometer zit ik te rillen en klappertanden op mijn fiets. De zon laat zich bijna niet meer zien, net nu ik er behoefte aan heb. De lokale buslijndienst zit vlak achter me, en bij een van de vele haarspeldbochten stop ik even om plaats te maken.
De chauffeur wuift naar me als bedankje. Vervolgens een paar kilometer achter de bus gehangen, wat komt daar een heerlijke warmte vanaf. Gezond? Vast niet. Uiteindelijk gaat de bus toch harder dan ik, ik ben dan toch iets te voorzichtig op dit steile stuk.
Onderweg neem ik nog een paar foto’s, uiteraard de iconische foto die op iedere website staat.
Epiloog
Ik passeer weer alle dorpjes van de heenweg, Trafoi, Gomagoi, Ponte di Stelvio, en weer terug in Prad. En dan begint het zachtjes te spetteren. Had ik toch weer geluk met mijn timing; mijn grote schrik was toch wel een koude stortbui bovenop de pas.
Ik rijd nog even langs de lokale fietsenwinkel, en haal een fraai Stelvio shirt. Daar kan ik de komende jaren mee pochen;-) 1750 meter geklommen, met een snelheid van 7.8 km/u. Een kleine 3.5 uur netto; 5 uur bruto (dus inclusief pauzes). Afstand 26.5 km. Niet indrukwekkend, maar ik ben trots op mezelf, en de ereschuld is ingelost! Terug duurde het nog geen 52 minuten netto…
Foto's
Naschrift
Terug in Nederland bekijk ik de webcam van de Stelvio van mijn fietsdag, en van de Stelvio autovrije zaterdag. Ineens vind ik die paar motoren van de woensdag niet meer zo erg. En ik zie mezelf staan, voor het bordje van de “finish”, terwijl ik mijn camera net aan een medestander geef (midden links, met de oranje jas). Nog een week later doet de winter zijn intrede…